Bij het ademhalen worden telkens bepaalde spieren gebruikt. Het
vraagt dus spierkracht. Als het goed is, past de spierkracht die
nodig is om te ademen bij leeftijd, geslacht en activiteitenniveau.
Maar deze spierkracht kan afnemen. Dat betekent dat iemand na een
hartoperatie meer kans heeft op problemen met zijn luchtwegen
(bijvoorbeeld een longontsteking).
De spierkracht van ademhalingsspieren is te vergroten door deze te
trainen. Een training vóór een hartoperatie zorgt ervoor dat
ademspieren sterker worden. De kans op problemen met de luchtwegen
wordt daarmee kleiner.
Ademspieren trainen
Tijdens de eerste afspraak bij de fysiotherapeut wordt de kracht
van de ademspieren getest. Aan de hand van deze test stelt de
fysiotherapeut het ademspierapparaat (de Threshold) in en gaat de
te opereren patiënt hiermee thuis trainen. Om een optimaal
resultaat te bereiken, is het belangrijk om elke dag te
trainen.
Tot aan de operatie komt de patiënt één keer per week terug bij de
fysiotherapeut. Deze meet dan opnieuw de kracht van de ademspieren
en stelt de Threshold opnieuw in.